Het uitspelen der Mozambique - Reisverslag uit Victoria Falls, Zimbabwe van Roel Hollander - WaarBenJij.nu Het uitspelen der Mozambique - Reisverslag uit Victoria Falls, Zimbabwe van Roel Hollander - WaarBenJij.nu

Het uitspelen der Mozambique

Door: Roel

Blijf op de hoogte en volg Roel

05 December 2012 | Zimbabwe, Victoria Falls

Zo. Na een week of 8 dan toch eindelijk tijd en zin gevonden om weer eens een tamtam naar Nederland te tikken. Er is zoveel gebeurd dat ik niet te veel in details zal treden, dan had ik beter aan een boek kunnen beginnen in plaats van een blog. Voor mensen die nog graag een keer naar het land van onbegrensde mogelijkheden willen, zou ik zeggen; boek een ticket naar Mozambique! Niet de VS, maar dít is het land waar alles geregeld kan worden, waar alles te koop is en regels slechts richtlijnen zijn. Elk product en elke dienst kun je op straat vinden, je moet alleen weten waar je moet zoeken en alles heeft natuurlijk zijn prijs. Elke beambte is om te kopen en elke laag van de samenleving is voorzien van een stevig portie corruptie en vriendjespolitiek. Wat er ook gebeurt, geld is het toverwoord. Daarnaast gaat de regel wel ongeveer op dat je óf geld óf tijd hebt. Iedereen is rete traag dus. Naar Nederlandse maatstaven in ieder geval. Er zijn wel mensen die hard werken, maar niemand heeft ook maar een beetje haast en plannen lijkt echt onmogelijk te zijn voor veel mensen. Iets ondernemen is vaak een kwestie van je eigen gang gaan en kijken wie er bij is. Probeer je als groep iets uit te voeren, dan bedenkt er altijd iemand, als je op het punt staat om te vertrekken, dat ie eerst nog even wil douchen. Een ander vindt het tijd voor een uitgebreide maaltijd en weer een ander is toch wel moe dus die gaat eerst nog even een beetje relaxen. Vervolgens hebben ze geen flauw idee meer waar ze mee bezig waren en gaan ze met de volgende willekeurige ingeving aan de slag. Hollander als ik ben, leverde dit nog wel eens jeuk aan mijn geduld op.
Na 10 weken in Mozambique heb ik mijn onderzoek voor Vitens Evides International vorige week afgerond. Was erg gaaf om te doen, veel gave dingen gezien en ook veel trieste. Na een wat frustrerende start van de interviews in Maputo (helemaal in het zuiden, de hoofdstad), ben ik naar Xai-Xai verkast (alle vervoer tijdens mijn reis is zo ongeveer per chapa gegaan; 14 persoons minibusjes waar normaal gesproken om en nabij 21 personen in gaan), een dagje naar Chokwe (150km enkele reis voor 1 interview) en vervolgens naar Inhambane. Daar had ik een weekend tijd om van zon, zee en strand te genieten, dus toen ben ik (eindelijk weer) gaan surfen en heb ik voor het eerst gedoken, dat was echt gaaf! Beetje over het koraalrif zwemmen, naar communicerende walvissen luisteren en mooie vissies spotten.
Na een week was ik klaar met de interviews in Inhambane en Maxixe (een stad aan de andere kant van de baai waaraan Inhambane ligt) en was het tijd om naar centraal Mozambique te gaan. De volgende stad die op het programma stond was Beira. Om de 800 wegkilometers te overbruggen (hemelsbreed maar 450 ofzo), leek het me wel verstandig om een grote, beetje fatsoenlijke bus te nemen. Op zich was dat een goed idee, maar na 500km stuiteren over potholes, ben je ook daar wel een beetje klaar mee. Onderweg kregen we nog een klapband, maar aangezien er door heel Mozambique verspreid overal kleine nederzettinkjes zijn, waren er ook daar, ‘in the middle of nowhere’, wel een paar jochies met een zelfgemaakte voetbal, zodat ik me niet hoefde te vervelen. Ze hebben eerst een kwartier met open mond naar deze blanke meneert zitten staren, maar vonden het wel erg gaaf dat ik mee kwam spelen. Om 10 uur ’s avonds stond de bus ineens wel erg lang stil, toen had de chauffeur besloten een uiltje te gaan knappen. Ze hadden niks verteld, dus ik kwam er pas na een half uur achter (bus stond wel vaker een tijdje stil). Meneer buschauffeur zat al vanaf 5 uur ’s ochtends non-stop achter het stuur. Tijd dus om even te pitten en dan zou hij om 4 uur ’s ochtends het laatste stuk rijden. Gek genoeg sliep ik liever in mijn hotelkamer, dus voor het laatste stuk maar even een taxi ingeschakeld. Iedereen wil wel wat extra geld verdienen, dus er werd een voorbijganger aangehouden en die wou ons tegen betaling natuurlijk wel meenemen. Beira was vervolgens echt heel vet. Prachtige stad aan zee, met ontzettend lekker eten en prachtige stranden. De dag na aankomst ben ik naar het Grande Hotel geweest. Dit was ooit de ‘trots van afrika’ ofzo, een enorm hotel en het schijnt ontzettend luxe te zijn geweest, maar tegenwoordig bewoont door 3000 ontheemde Mozambikanen. Het is volledig gestript, dus er staat alleen nog een betonnen skelet met als enige bekleding een aantal bomen die uit het dak groeien en hun kleren die overal hangen te drogen. Later had ik nog de uitzonderlijke kans om er met een paar locals naar binnen te gaan. Je bent er zeer ongewenst en als ze die vriend van mij niet hadden gekend, was ik daar niet in of uit gekomen, maar nu kon ik er even snel doorheen lopen en dat was heel indrukwekkend.
Tijdens mijn verblijf in Beira moest ik ook nog even het land uit voor mijn visum. Elke 30 dagen moest ik het land even uit en weer in om je visum als het ware te verversen. Typisch Mozambikaans. Ik kon de grens met Zimbabwe over, dat was ‘slechts’ 300km. Nou, dat was me een avontuur. De weg er naartoe was indrukwekkend, de grensovergang nog meer. Langs de weg zie je steeds eenvoudigere hutjes en richting de grens bestaan dorpjes vaak uit een groepje rieten hutjes en een paar smalle zandpaadjes. Vrouwen en kinderen doen zwaar lichamelijk werk en je kunt kilometers lange paden zien die worden gebruikt om water (uit de rivier, denk ik) te halen. Bij de grens kun je in principe 2 veschillende type personen treffen. De ene helft probeert je te helpen – locals en douane beamten, de andere helft probeert je dwars te zitten – de douanebeambten. Beide groepen willen geld. Dat is een beetje het principe van de grens. Het is de plek waar de meest wanhopige mensen naar toe gaan om te proberen geld afhandig te maken van mensen die er niet bekend zijn. Geldwisselaars met smerige geld-tel trucs, mensen die je vriendelijk helpen en vervolgens geld claimen, taxi’s die 150 dollar vragen (heb ik toch maar niet betaald), vrouw kind die als je vriendin/vrouw de grens over proberen te komen (toch maar achter gelaten in Mozambique, sorry) en douane beambten die vriendelijk helpen een zinloos formuliertje in te vullen en vervolgens ‘geld voor een drankje’ willen. Uiteindelijk ben ik met slechts 8 dollar verlies de grens over gekomen, dus dat viel niet tegen.
Na Beira was het al weer tijd voor de laatste stad, Chimoio – 80km vanaf de grens met Zimbabwe. Na de interviews heb ik daar mijn verslagen getypt, dus dit was een plek waar ik wat langer zat en tijd had om wat mensen van mijn eigen leeftijd te leren kennen. Mooie tijd gehad daar, we zijn een aantal keer gaan stappen, naar feestjes geweest en zelf een weekend naar Beira, naar het strand. Heel gaaf. De nacht in een tent onder een palmboom was nog even spannend. We hadden beredeneerd dat we het beste zo dicht mogelijk bij die boom konden staan om ’s ochtends een beetje schaduw te hebben en hadden ingeschat dat de kokosnoten nog niet rijp waren. Mocht er wel een vallen, vanaf een meter of 7, dan zou die best wel eens door de tent heen kunnen gaan, want we hadden alleen de binnentent opgezet. Midden in de nacht schrikken we ons ineens helemaal de ballen uit onze broek van een enorme klap op de tent. Met het zweet stevig onder de oksels kwamen we tot de conclusie dat er een kokosnoot exact boven mijn hoofd op de tent was gevallen. Om een of andere reden vond ik het daarna wat lastig om weer in slaap te vallen... De volgende ochtend strompelde ik om 6 uur de tent uit om een duik in zee te nemen, 200 meter verderop; bleek dat er geen kokosnoot op de tent was gevallen, maar een ‘blaadje’ van de palmboom van 4 meter lang en een kilo of 10!
Na 3 weken Chimoio was het harde werk klaar (heb naast alle ontspannende activiteiten ook wel hard gewerkt) en heb ik weer een poging gedaan de grens over te komen met Zimbabwe. Zelfde douane post, was weer spannend, maar uiteindelijk toch gelukt. Direct door naar Harare, de hoofdstad. In de bus daarnaartoe zat ik naast iemand die bij vrienden verbleef in de stad. We raakten aan de praat en uiteindelijk ben ik met hem mee gegaan naar die vriend en kon ik daar ook slapen. We sliepen op de vloer, er was geen elektriciteit (tijdelijk) en geen water (werd met jerrycans gehaald). Was wel erg gezellig! Het was vrijdag, dus ’s avonds de stad in. Zaterdag zouden twee van de vriendengroep ergens optreden (muziek), maar iedereen gaat op zaterdag altijd volledig van het padje, dus het feest werd afgelast omdat er een paar kerels stenen op elkaar aan het gooien waren :P
Zondag had één van hun me een goeie tour door de stad gegeven. Wat marktjes bezocht, nationaal museum en een veldje waar ze beeldjes maakten en verkochten. Allemaal dingen waar ik normaal een hekel aan heb eigenlijk, maar de crafts van Zimbabwe zijn echt heel gaaf, dus ik heb me wel vermaakt. Eigenlijk zou ik zondag al weer wegwezen, maar de jongens wilden me graag nog de ghetto laten zien, dus ik bleef nog een nachtje. Nou, die ghetto was eigenlijk precies wat je op veel plekken in Mozambique ziet, maar het oude huis en de oude school van Robert Mugabe waren toch wel cool om te zien! Daarna nog naar een soort parkje net buiten het centrum van de stad gegaan, waar wilde zebra’s, buffels en antilopes liepen!
Maandagavond naar een stadje verderop gegaan, waar een enorme ‘sink-hole’ is, voor de kenners. In de sink hole bevond zich een poel met ontzettend helder en blauw water. De poel was meer dan 100 meter diep en je kon zeker 10, 15 meter diep in het water kijken.
Eergisteren werd ik door weer een erg vriendelijke local ‘even’ door Kariba (noord Zimbabwe) gegidst, op zoek naar olifanten. Uiteindelijk een hele kudde nijlpaarden gezien, krokodillen, een aantal kleine kuddes olifanten en nog wat klein spul. Super vet! Kariba is ongeveer het enige dorp in Zimbabwe waar mensen en wilde dieren samen leven en de olifanten lopen dus ook gewoon door het dorp ’s avonds en ’s nachts. Helaas hebben de koters daar niet zoveel respect voor de natuur, dus ze gaan met hun honden en een hoop lawaai makend de olifanten achterna om ze het dorp uit te jagen. Wel jammer dat ze om een uur of elf ’s avonds, toen wij nog even ergens heen liepen, een olifant toevallig onze kant op joegen. Dat was even goed spannend! Toen moesten we toch wel even rennen. Na dit overleefd te hebben, ben ik gisteren op de boot van Kariba naar Mlibizi gestapt, 230km ofzo en 22 uur varen over het meer. Erg mooi.
En nu ben ik in een dorpje genaamd Victoria Falls. Dat is vlak bij de Victoria Falls. Ik denk dat ze dat dorp dus misschien wel naar de waterval vernoemd hebben of andersom, maar ik zoek nog bevestiging. Ik ga watervalletjes kijken. Doei.

PS. Foto's uploaden lukt momenteel niet, maar daar wordt aan gewerkt.

  • 05 December 2012 - 11:59

    Evert:

    Ik kijk uit naar de foto's bij dit verhaal! Lekker bezig broeder.

  • 05 December 2012 - 18:12

    Paul:

    Beleef je ook nog wat?? Klinkt goed man!

  • 05 December 2012 - 20:01

    Rieke:

    Zo, dat is een verhaal. Nou weten we wat. Veel plezier verder en kijk uit voor verdwaalde krokodillen.

  • 05 December 2012 - 20:01

    Rieke:

    Zo, dat is een verhaal. Nou weten we wat. Veel plezier verder en kijk uit voor verdwaalde krokodillen.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Roel

Actief sinds 03 Dec. 2009
Verslag gelezen: 326
Totaal aantal bezoekers 18986

Voorgaande reizen:

09 September 2018 - 09 September 2018

Avontuur in de Amazone

17 September 2012 - 18 Januari 2013

Stage in Mozambique

08 December 2009 - 24 Juni 2010

Road Trippin'

Landen bezocht: